Uiteraard kan een negatieve publicatie over een bedrijf of persoon nogal wat schadelijke gevolgen hebben. Vaak is die schade lastig in cijfers uit te drukken. Hoe kom je er achter hoeveel omzet en nieuwe klanten je misloopt door de publicatie? Het valt doorgaans onder de naam ‘reputatieschade’ en naar de hoogte is het gissen.
Waar let een rechter op bij een oordeel over een onrechtmatige publicatie?
In een van de vonnissen zegt de rechter het zo: ‘De beantwoording van de vraag of de voorgenomen publicatie onrechtmatig is, ligt in het spanningsveld tussen het recht op vrijheid van meningsuiting enerzijds en het recht op bescherming van de eer en goede naam anderzijds. Hierbij staan derhalve twee hoogwaardige maatschappelijke belangen tegenover elkaar: aan de ene kant het belang dat individuele burgers niet door publicaties in de pers worden blootgesteld aan lichtvaardige verdachtmakingen; aan de andere kant het belang dat men zich (in het openbaar) kritisch, informerend, opiniërend, of waarschuwend moet kunnen uitlaten. Welke van deze belangen de doorslag behoort te geven hangt af van de in onderling verband te beschouwen omstandigheden.’
Als plaatsing nog niet is geschied, dan stel ik degene die wil publiceren meestal een Kort geding in het vooruitzicht, met dito kosten en kans op veroordeling tot schadevergoeding. Omdat internet tegenwoordig iedere openbaarmaking als een sneeuwbal kan laten groeien, met onomkeerbare gevolgen, is een waarschuwing vooraf vaak wel effectief. Maar soms moet je nog wat creatiever met je argumenten omgaan. Toen een cliënt van mij vreesde dat een aangekondigde publicatie de privacy van zijn klant zou schenden, kon ik met verwijzing naar de Wet bescherming persoonsgegevens en privacy voorschriften van de branchevereniging voldoende aannemelijk maken dat publicatie ernstige schadeclaims zou kunnen ontketenen.
Als openbaarmaking al is geschied, dan kan er reden zijn voor schadevergoeding. Dan zal het afhangen van de juistheid van de feiten, de aantoonbaarheid van de schade, en soms de bewustheid daarvan bij de openbaarder. Dan zal de redactie van een krant of nieuwsforum zich eerder kunnen beroepen op persvrijheid dan een bedrijf of persoon die eenmalig een bericht plaatst.