FNV Zelfstandigen is blij dat het kabinet in de Miljoenennota 2015 de positieve bijdrage van zzp’ers aan de economie en de werkgelegenheid in Nederland volmondig onderschrijft. Zij vindt het verstandig dat het kabinet de uitkomsten van het IBO (Interdepartementaal Beleidsonderzoek) afwacht alvorens met specifieke maatregelen te komen. Dit is een positief signaal omdat het duidt op een streven naar samenhangend beleid ten behoeve van een betere positie van zzp’ers op de arbeidsmarkt.
VAR
Grote afwezige in actuele onderwerpen is de VAR-webmodule. Immers, wetgeving ten aanzien van de vernieuwing van de VAR stond oorspronkelijk gepland voor dit najaar. FNV Zelfstandigen hoopt te concluderen dat met het ontwerpen van nieuwe handhavingsinstrumenten wordt gewacht tot er ook vernieuwend beleid is gemaakt.
Henk Wesselo, directeur FNV Zelfstandigen: “In de Miljoenennota is aangegeven dat het kabinet 100 miljoen uittrekt voor het bestrijden van schijnconstructies. De invulling van de maatregelen zullen het succes bepalen! In onze inbreng voor het IBO hebben wij gepleit te stoppen met verdere verjuridisering van de handhaving bij individuele ZZP’ers. Dit leidt tot bureaucratie en ballast voor de grote groep bewuste en bonafide zzp’ers. Wij hebben bepleit de echte achterliggende problemen gericht op te lossen. Deze problemen liggen veelal niet in de juridische definities maar in de economische afhankelijkheid waarin zelfstandigen met name aan de onderkant van de arbeidsmarkt terecht kunnen komen. In specifieke sectoren en beroepsgroepen leidt dit soms tot voorwaarden waaronder de zzp’er geen duurzaam zelfstandig bestaan kan opbouwen. Dit is niet alleen voor betrokkenen ongewenst, maar draagt ook sterk bij aan een onterecht negatieve beeldvorming ten aanzien van zzp’ers.”
FNV Zelfstandigen gelooft in een aanpak die zich richt op specifieke sectoren en beroepsgroepen. Daarbij is het zaak alternatieven te bieden – de individuele werkende mag niet de dupe worden. Het feit dat in de aanpak van schijnconstructies de rol van de inspectie wordt versterkt, geeft FNV Zelfstandigen het vertrouwen dat de aanpak zich meer zal gaan richten op malafide werkgevers/opdrachtgevers en minder op de VAR van de individuele zelfstandige.
FNV Zelfstandigen vertrouwt er op dat gericht overleg met een focus op goed opdrachtgeverschap in veel gevallen zal leiden tot een gelijk speelveld – zowel voor zzp’ers als voor hun opdrachtgevers. Alleen als dat niet werkt zal een bodem moeten worden gelegd. Een actuele uitspraak van de AG in een door FNV KIEM aangespannen procedure zou in dat geval soelaas kunnen bieden: het opnemen van minimum-tarieven in een CAO. FNV Zelfstandigen benadrukt daarbij dat dit zeker niet grootschalig zou moeten gebeuren; alleen in situaties waar daadwerkelijk sprake is van “social dumping” is een bodem in de tarieven een relevante oplossing. Uiteraard hebben zzp’ers bij het maken van afspraken een plaats aan de overlegtafel.
Toekomstperspectief
Het kabinet geeft aan dat we de komende jaren hervormingen mogen verwachten op het terrein van het belastingstelsel en het pensioenstelsel. Ongetwijfeld komt in deze hervormingen ook de positie van de zzp’er bod.
Gezien het feit dat de miljoenennota de wezenlijke bijdrage van zzp’ers aan innovatie en aan de wendbaarheid van onze economie onderstreept roept FNV Zelfstandigen op om het perspectief te verbreden. Hoe worden opleiding en ontwikkeling gefaciliteerd? Hoe wordt er vorm gegeven aan Goed Opdrachtgeverschap, en wat betekent dit voor een voor zelfstandige gezonde marktwerking (aanbestedingen, inkoopmonopolies)? Een duurzaam succesvolle positie van een zzp’er wordt niet primair gedreven door voldoende bescherming, maar door het continu ontwikkelen van zijn of haar verdiencapaciteit. De zzp’er verdient een plek op de nationale groeiagenda!