In 2016 behoorde bijna 10% van de zzp'ers tot een huishouden nog onder de lage inkomensgrens. Vooral de in deeltijd werkende zzp'er loopt het risico op armoede. Van ondernemers met personeel had iets meer dan 5% een laag inkomen. Bij werknemers was dat nog geen 2%.
Langdurig laag inkomen
De lage inkomensgrens ligt op zo’n 120% van het sociaal minimum. In 2016 hadden 42.000 werkenden vier jaar achter elkaar een laag inkomen. Zzp'ers hadden daarbij vaker langdurig een laag inkomen dan ondernemers met personeel en werknemers. Had in 2015 zo’n 1,9% van de zzp’ers langdurig een laag inkomen, in 2016 steeg dit naar 2,1%.
Vaker mannen dan vrouwen
Hoe korter de werkweek, hoe groter de kans op langdurige armoede, aldus het CBS. Het risico op armoede bij werknemers in deeltijd is bijna drie keer zo laag als onder zzp'ers. Ook concludeert het CBS dat mannen vaker dan vrouwen risico lopen op armoede.
Handel, vervoer en horeca
Vooral zzp'ers die werkzaam zijn in de sectoren handel, vervoer en horeca lopen het grootste risico op armoede: 13% van hen maakt deel uit van een huishouden met een laag inkomen. Het armoederisico is in de sector openbaar bestuur en overheid het laagst – echter werken daar bijna uitsluitend werknemers.
Bron: CBS.